Terugdringen van verstoring goed voor alle soorten waarvoor de Wadden verantwoording hebben

03 oktober, 14:10

Het tiende criterium dat Unesco verbindt aan de werelderfgoedstatus van de Waddenzee gaat over de belangrijkste habitats voor het behoud van biodiversiteit, inclusief de bedreigde soorten die volgens wetenschappers en natuurbeschermers van uitzonderlijke universele waarde zijn. Zijn bijdrage aan het symposium is daarmee een ‘te land, ter zee en in lucht’, aldus senior onderzoeker Martin Baptist van de Wageningen Universiteit. Want het gaat om zeehonden, vissen en vogels.

Wie Waddenzee zegt, zegt zeehonden. En terecht, blijkt uit de cijfers die Baptist presenteert. De zandplaten van de internationale Waddenzee zijn essentieel voor de gewone zeehond, die er een vijfde van zijn tijd doorbrengt om te rusten, te zogen en te ruien. De Waddenzee heeft de grootste Europese populatie gewone zeehond en draagt daarmee verantwoordelijkheid voor het behoud van de soort. Dat geldt niet voor de grijze zeehond, waarvan slechts een klein percentage afhankelijk is van het werelderfgoed.

Verdwenen pups
De aantallen laten zien dat de beheerders van de Waddenzee hun verantwoordelijkheid voor de zeehond serieus nemen. Met uitzondering van de twee jaar waarin een zeehondenvirus in de Waddenzee huishield, namen de aantallen toe. Sinds 2012 worden er elk jaar zo’n 26.000 zeehonden geteld. Omdat niet iedere zeehond op een zandplaat ligt op het moment van tellen, is de schatting dat er in totaal zo’n 40.000 zijn. Reden tot tevredenheid. Toch is er iets raars aan de hand, vertelt Baptist. Want niemand weet waar de 9.000 pubs blijven die ieder jaar worden geteld. “Als wetenschappers staan we hier in ons hemd.”

Wel duidelijk is wat er kan worden gedaan om de zeehond nog beter te beschermen. Er is nog altijd veel geluidoverlast waar de soort onder lijdt, onder meer door scheepsmotoren en het heien voor windmolens. Daarnaast is de zeehond vooral in Duitsland nog te vaak bijvangst van de staandwantvisserij. Die zou in beschermde gebieden volgens Baptist verboden moeten worden. Tot slot wijst hij op het recreatief gebruik van de Waddenzee. Zo zorgen kitesurfers soms voor verstoring, maar Baptists grootste zorg zijn de zeehondenexcursies en met name de intensiteit daarvan. Er zijn zandplaten die de zeehonden inmiddels mijden omdat ze te druk werden bezocht.

Verlies van functies
Zo goed als het gaat met de zeehond, zo slecht gaat het met vis in de Waddenzee. “Een dramatisch verhaal”, aldus Baptist,“ zeker in het Nederlandse deel. Van de zeventien Rode Lijst soorten, die in de Waddenzee voorkomen, neemt alleen de houting toe.” Het werelderfgoed heeft verschillende functies voor verschillende soorten vis. Zo is het een kinderkamer voor veel Noordzee-vissen, leefgebied voor veel permanente bewoners en heeft het een belangrijke schakelfunctie voor trekvissen. Maar al die functies haperen, met dalende of op z’n best op laag niveau stabiliserende aantallen als gevolg. Dat geldt voor de kinderkamerfunctie die al sinds 1980 laag is, maar met name voor de schakelfunctie.

Het verwijderen van knelpunten op migratieroutes is volgens Baptist dan ook een belangrijke maatregel om de visstand te verbeteren. Daar wordt al het nodige aan gedaan, maar resultaat blijft nog uit. Daarnaast is het beperken van verstoring ook voor vis van belang. Dan gaat het om minder visserijdruk en bodemverstoring, maar ook om onderwatergeluid.

Flyway
Het hoeft geen uitleg dat de Waddenzee voor veel vogels onmisbaar is. Waar bescherming volgens de internationale richtlijnen al verplicht is wanneer 1 procent van de populatie gebruik maakt van een gebied, maakt de helft van sommige soorten gebruik van het Wad. Met een aantal van die soorten gaat het goed. Een aantal decennia geleden was het nog bijzonder wanneer je een lepelaar zag. Nu vind je die op veel plekken. En ook de pijlstaart, drieteenstrandloper, brandgans, bontbekplevier en slobeend zitten in de lift. Daar staan soorten tegenover die al dertig jaar in aantallen achteruit gaan, zoals de scholekster, tureluur, bonte strandloper, bergeend, zwarte ruiter en de kluut. Goed nieuws is dat de aantallen van best veel soorten in de Waddenzee stabiel zijn of zelfs toenemen  in vergelijking met de aantallen op andere plekken op hun trekroute. De wintertaling bijvoorbeeld, de bontbekplevier, drieteenstrandloper en smient. Voor de kluut geldt dit niet, die heeft het juist in de Waddenzee opvallend moeilijk.

Om beter invulling te geven aan de verantwoordelijkheid voor vogels die de Waddenzee als werelderfgoed heeft, zou in ieder geval de verstoring op de hoogwatervluchtplaatsen van vogels moeten worden teruggedrongen. Daarnaast zouden broedvogels volgens Baptist beter beschermd moeten worden tegen verstoring door de mens – recreanten, maar ook vogelaars – en tegen predatie door vossen en ratten.

Download de bij deze presentatie behorende slideshow